Flatgebouw met vijf woonlagen op een onderbouw, uitgevoerd in betonskeletbouw. In de voorgevel treffen we 10 traveeën aan waarvan twee traveeën met een toegangspartij tot de trappenhuizen, vier traveeën met inpandige, ondiepe balkons. Vervolgens vier traveeën met dubbele vensters, gescheiden door een gemetselde penant en twee traveeën met vensters van de trappenhuizen. De toegangspartijen van de flatgebouwen zijn afwisselend uitgevoerd als risaliet over een bouwlaag of als een bescheiden atrium met plat dak en betonlijst. In de lange gevel (achterzijde) van de onderbouw zijn de toegangen voor de bergingen aangebracht, met kleine vierkante vensters. De woonlagen zijn voorzien van uitkragende balkons, waarvan het balkon in de vijfde bouwlaag is voorzien van een betonnen luifel. In de onderbouw zijn de zijgevels open met twee enkelvoudige en twee dubbele kolommen, met daar tussen toegangen tot garages. In de zijgevels zijn op de woonlagen smalle uitkragende balkons aangebracht. Over alle gevels worden de verdiepingslagen gemarkeerd door een horizontale betonnen band, die ter hoogte van de daklijst uitgevoerd als een bredere betonlijst met verticale accent. Betonelementen met dezelfde structuur zijn toegepast als borstwering onder de vensters van de woonlagen. De gebouwen zijn voorzien van een plat dak met twee liftkokers.
Het betreft een serie van zes flats, haaks op de as van de Pettelaarseweg. De eerste drie flats (gezien vanaf de stad) zijn het eerst gereed gekomen, het tweede drietal zijn enkele jaren later gebouwd.
499
J.M.M. (Jan) van der Vaart, Inventarisatie Zuid (2008) 499-500
Literatuur en bronnenpublicaties
J.M.M. (Jan) van der Vaart, Inventarisatie Zuid (2008) 499-500